50 languages

Date:
Test Number:
Score:
Time spent on test:
Beginner:


12/23/2025
64
0
0:00 sec
Yes

Testen 64

Willekeurig
Ga naar testnummer:

0/10

Klik op een woord!
1.We willen met mensen spreken.Nosotros / nosotras queremos con la gente.  
2.Morgen werk ik weer.Mañana a trabajar.  
3.Het waait.Hace viento / ventoso (am.).  
4.drieëntwintig  
5.De verwarming doet het niet. calefacción no funciona.  
6.Zijn er slaapwagens in de trein?¿Tiene el tren?  
7.Er is een ongeluk gebeurd.Ha habido un .  
8.Is er hier in de buurt een overdekt zwembad?¿Hay piscina cubierta por aquí?  
9.Ik heb het koud.Me congelando.  
10.Zij hebben geen dorst. tienen sed.  
hablar
vuelvo
Está
veintitrés
La
coche-cama
accidente
alguna
estoy
No