50 languages

Date:
Test Number:
Score:
Time spent on test:
Beginner:


12/21/2025
45
0
0:00 sec
Yes

Testen 45

Willekeurig
Ga naar testnummer:

0/10

Klik op een woord!
1.Dag!¡Adiós! / ¡ !  
2.van maandag tot zondagdesde el lunes hasta domingo  
3.Ik eet een boterham met halvarine en tomaat.Yo estoy comiendo un / emparedado (am.) con margarina y tomate.  
4.Hij spreekt meerdere talen. habla varios idiomas.  
5.Kan ik de kamer zien?¿Puedo la habitación?  
6.Eet je ook graag paprika?¿Te gusta también comer ?  
7.Stopt u hier, alstublieft.Pare (usted) aquí, favor.  
8.Waar zijn de tijgers en de krokodillen?¿Dónde están los tigres y ?  
9.De scheidsrechter komt uit België. árbitro es de Bélgica.  
10.Ik ben al een jaar werkloos.Llevo un ya sin trabajo.  
Chao
el
sandwich
Él
ver
pimientos
por
cocodrilos
El
año