50 languages

Date:
Test Number:
Score:
Time spent on test:
Beginner:

12/21/2025
39
0
0:00 sec
Yes

Testen 39

Willekeurig
Vorige Volgende A - A +
Ga naar testnummer:

0/10

Klik op een woord!
1.Bevalt het u hier?¿ gusta aquí?  
2.de woensdag miércoles  
3.Ik maak een fruitsalade.Yo estoy haciendo una de frutas.  
4.Gaat u graag naar concerten?¿Le gusta ir a ?  
5.Ik heb een kamer gereserveerd.He reservado habitación.  
6.Ik eet graag tomaten. gusta el tomate.  
7.Rechtdoor alstublieft. recto, por favor.  
8.Waar zijn de neushoorns?¿Dónde están los ?  
9.Wat is er op televisie?¿Qué hay la televisión?  
10.Ik verdien niet veel.(Yo) gano mucho dinero.  
Le
el
ensalada
conciertos
una
Me
Vaya
rinocerontes
en
no