50 languages

Date:
Test Number:
Score:
Time spent on test:
Elementare:

12/23/2025
41
0
0:00 sec
Yes

Test 41

Random
Precedente Successivo A - A +
Vai al numero del test:

0/10

Clicca una parola!
1.Mi venga a trovare!Kom een keer opzoeken!  
2.il venerdì vrijdag  
3.Io mangio un toast con il burro. eet toast met boter.  
4.Va volentieri all’opera?Gaat u graag de opera?  
5.Ho bisogno di una camera doppia.Ik heb een nodig.  
6.Piacciono anche a Lei i crauti?Eet u graag zuurkool?  
7.All’angolo giri a sinistra, per favore.Daar op de naar links, alstublieft.  
8.Lì c’è una caffetteria.Daar een café.  
9.La squadra tedesca sta giocando contro quella inglese.Het Duitse elftal speelt tegen het .  
10.Questo è il mio capo.Dit is baas.  
me
de
Ik
naar
tweepersoonskamer
ook
hoek
is
Engelse
mijn