50 languages

Date:
Test Number:
Score:
Time spent on test:
Basic:

12/21/2025
50
0
0:00 sec
Yes

Tests 50

Random
Prev Next A - A +
Go to test number:

0/10

Click on a word!
1.We are at school.We zijn op .  
2.The fifth day is Friday.De dag is vrijdag.  
3.We need carrots and tomatoes for the soup.We hebben wortelen en nodig voor de soep.  
4.I am a translator.Ik ben .  
5.Here is my luggage.Hier is mijn .  
6.When is the next train to Berlin?Wanneer gaat volgende trein naar Berlijn?  
7.That is okay, please keep the change.Laat maar zitten, de rest is u.  
8.What’s playing at the theatre / theater (am.) this evening?Wat speelt er in de schouwburg?  
9.Shall we go to the swimming pool?Laat ons naar zwembad gaan.  
10.to be afraidbang  
school
vijfde
tomaten
vertaler
bagage
de
voor
vanavond
het
zijn