50 languages

Date:
Test Number:
Score:
Time spent on test:
Leicht:


12/21/2025
38
0
0:00 sec
Yes

Tests 38

0/10

Klick auf ein Wort!
1.Wie lange bleiben Sie?Hoe blijft u?  
2.der Dienstag dinsdag  
3.Ich habe eine Banane und eine Ananas. heb een banaan en een ananas.  
4.Was lesen Sie gern?Wat u graag?  
5.Haben Sie ein Zimmer frei?Heeft u kamer vrij?  
6.Ich esse gern Gurken.Ik eet graag .  
7.Was kostet es bis zum Flughafen?Hoeveel kost het de luchthaven?  
8.Wo sind die Kängurus?Waar de kangoeroes?  
9.Es gibt auch ein Schwimmbad mit Sauna.Er is ook een zwembad met .  
10.Ich bin Praktikant.Ik stagiaire.  
lang
de
Ik
leest
een
komkommer
naar
zijn
sauna
ben