Słownictwo

de architectuur

architektura

de arena

arena

de stal

stodoła

de barok

barok

de blokje

blok budowlany

het bakstenen huis

dom murowany

de brug

most

het gebouw

budynek

het kasteel

zamek

de kathedraal

katedra

de kolom

kolumna

de bouwplaats

plac budowy

de koepel

kopuła

de gevel

fasada

het voetbalstadion

stadion piłkarski

het fort

twierdza

de gevel

fronton

de poort

brama

het vakwerkhuis

dom szachulcowy/ “pruski mur“

de vuurtoren

latarnia morska

het monument

monument

de moskee

meczet

de obelisk

obelisk

het kantoorgebouw

biurowiec

het dak

dach

de ruïne

ruiny

het schavot

rusztowanie

de wolkenkrabber

wieżowiec

de hangbrug

most wiszący

de tegel

płytki